Winkeliers.

Elk dorp had vroeger zijn eigen ambachtslieden. Denk aan timmerlieden, schilders en metselaars. Ook was er in elk dorp winkeliers aanwezig, zoals een smid, kuiper, kleermaker, schoenlapper of kapper. Zij verkochten dan misschien niet perse producten, maar hadden wel een winkeltje. Vaak waren dit familiebedrijven, waarin vader, moeder en kinderen werkten en waar de toonbank bijna grensde aan de huiskamer van de familie. Als je in Katwijk hervormd was, ging je naar de hervormde kleermaker. Was je katholiek ging je naar de katholieke kruidenier. 

Voor bijna elk product had je een aparte winkel. Voor lampenolie ging je naar de huishoudelijke artikelenzaak. Textiel en naaibenodigdheden kocht je bij een manufacturenzaak. 

Het begrip manufacturenwinkel kennen we tegenwoordig niet meer. In dit winkeltje liggen verschillende soorten ondergoed voor dames en heren. Andere koopwaar waren sokken en verschillende stoffen. Op de toonbank liggen verschillende maatstokken. Dit manufacturenwinkeltje is te zien in het Katwijks Museum. Vrijwilligers hebben het zaakje afgebouwd en in het museum weer opgebouwd. 

De inrichting van het manufacturenwinkeltje

De etalage van het manufacturenwinkeltje

Maak jouw eigen website met JouwWeb